Follow-up zorg
Regelmatig wordt u opgeroepen voor controle. Tijdens de controle wordt bloed bij u afgenomen. Vervolgens controleren de medewerkers van het laboratorium hoe het met de bloedplaatjes gesteld is.
Hoe vaak u op controle moet komen valt niet precies te zeggen, ook dit verschilt van persoon tot persoon. Wanneer u onder behandeling bent, zal controle vaker nodig zijn dan wanneer uw ziekte stabiel is.
Voorafgaand aan een ingreep van de tandarts of een andere chirurgische ingreep, is controle van het aantal bloedplaatjes altijd nodig. De hematoloog of verpleegkundig specialist gaat dan na of het ‘veilig’ is om de ingreep te ondergaan.
Zo nodig past uw arts de behandeling aan of krijgt u extra hulp of begeleiding. Een controle is ook altijd een goed moment om de vragen te stellen waar u misschien mee rondloopt.
Blijvende klachten
Wanneer de behandeling aanslaat en uw klachten verminderen, kunt u weer aan het werk. Dit geldt echter niet voor iedereen. Sommige mensen kunnen hun werk niet meer goed doen door blijvende klachten.
Bijvoorbeeld:
- U bent zo vermoeid dat u zich niet meer kunt concentreren op uw werkzaamheden.
- Door de verwijdering van uw milt heeft u een verminderde weerstand en bent u vaker ziek.
- U bent niet meer in staat fysiek inspannend werk te verrichten als gevolg van de medicatie, bijvoorbeeld door de bijwerking verminderde spierkracht.
Als uw klachten u belemmeren in uw werk of misschien zelfs werken onmogelijk maken, ga dan naar uw hematoloog. Voorkomen is beter dan genezen, dat geldt zeker ook voor aan het werk blijven. Samen met u kijkt uw arts wat er nodig is om aan het werk te blijven of weer (gedeeltelijk) aan het werk te gaan. Wacht hier niet te lang mee. Hoe eerder u klachten aanpakt, hoe makkelijker het is problemen te voorkomen.
De ITP Patientenvereniging heeft een arbeidsparticipatietool ontwikkeld om u te ondersteunen.
Voor jongvolwassenen die studeren is er een studietool om de studie te kunnen volhouden ondanks een chronische ziekte.
